Tag Archief van: agrarische natuurverenigingen

2021 was een wonderlijk weidevogelseizoen

Persbericht, Purmerend, 16 juli 2021

‘2021 was een wonderlijk weidevogelseizoen’

Het voorjaar van 2021 was koud en nat waardoor het gras langzaam groeide. Door deze relatieve rust in de weilanden hebben de weidevogels een tamelijk onbezorgde broedperiode gehad. Door de natte meimaand is grootste deel van het land pas rond eind mei voor de eerste keer gemaaid en in de percelen die zijn uitgesteld van maaien voor de weidevogels, gaat dit weekend pas het mes. Het natte voorjaar was echter voor de leden van Water, Land & Dijken een uitdaging om kwalitatief goed gras te oogsten, al was er hierdoor wel voldoende voedsel voor de vogels en hun pullen aanwezig.

Sturing tijdens het seizoen
Was er dan helemaal geen sturing nodig dit seizoen? “Zeker wel! Voorafgaand aan het weidevogelseizoen zijn boeren, vrijwilligers en veldcoördinatoren heel druk geweest met het plaatsen van bijna 25 kilometer vossenraster”, aldus Martine Bijman, projectleider agrarisch natuurbeheer bij Water, Land & Dijken, een collectief van 500 boeren in het midden van Noord-Holland. “Een vossenraster bestaat uit een aantal stroomdraden boven elkaar die op strategische plekken rondom een weidevogelrijk perceel wordt geplaatst. Hiermee kun je voorkomen dat de vos in een nachtelijk bezoek vele nesten leeg rooft”. De vos is slim, uit de filmpjes van de geplaatste wildcamera’s blijkt dat het dier net zo lang op zoek gaat naar een gaatje tot hij binnen het raster is. Maar op de meeste plekken gaat het goed. Een trotse boer kon het niet laten de veldcoördinator te bestoken met zijn goede resultaten. Bijman: “Het aantal nesten na het plaatsen van het raster is daar verdriedubbelt en ook van elders kwamen succesvolle berichten”.

De weersomstandigheden waren weliswaar gunstig, het gaat natuurlijk niet vanzelf. Uitrijden van ruige mest, strategisch beweiden, stroken uitmaaien, hier en daar toch wat extra water op het land; het zijn allemaal activiteiten die de weidevogels helpen. Vooral de samenwerking tussen de boer en de veldcoördinator bepaald voor een groot deel het succes. “De veldcoördinator heeft het totaal overzicht over een polder en weet precies wat de vogels waar nodig hebben. Een cruciale functie dus wat ons betreft” zegt Bijman.

Monitoring
Water, Land & Dijken (WLD) heeft een professioneel telbureau opdracht gegeven voor de uitvoering van een monitoring. Het afgelopen seizoen heeft het bureau de weidevogels in het werkgebied geteld. Hieruit blijkt dat op percelen met pakketten voor agrarisch natuurbeheer 107 broedparen weidevogels per 100 ha. aanwezig waren.
Aan de hand van de telling is het broedsucces bepaald (BTS, dit staat voor Bruto Territoriaal Succes, een telmethodiek). In het werkgebied van WLD heeft 63% van de grutto’s en 79% van de tureluurs dit jaar pullen vliegvlug gekregen. Voor de instandhouding van de weidevogelpopulatie is een BTS van 60% noodzakelijk.
Bijman: “Dit is een resultaat waar we onwijs trots op zijn. We hebben 4.300 ha. in het weidevogelbeheer en de 500 boeren en 450 vrijwilligers hebben het hier best druk mee. Weidevogels hebben het niet makkelijk, het is dan fijn te merken dat de inspanningen effect hebben”.

 

Vooruitkijken
Water, Land & Dijken staat niet stil. Op dit moment werken zij al volop aan de voorbereiding van het nieuwe stelsel voor agrarisch natuurbeheer dat ingaat per 1 januari 2023. “Het is nog niet duidelijk welke gebieden er mee kunnen doen vanaf dat jaar en in welke vorm, maar de ambitie is groot” zegt Frank de Wit, voorzitter van het collectief. “We denken verder dan alleen weidevogels, biodiversiteit is een term die veelvuldig voorbij komt, hoog op de agenda’s staat en wij zien de meerwaarde hiervan, ook voor het agrarisch natuurbeheer. Om die reden gaan we in 2022 al aan de slag met het vergroten van kruidenrijkdom van percelen, bekijken we hoe we eenvoudig, snel en met behoud van rendement, kunnen vernatten en voeren we laagdrempelige onderzoekjes uit in de richting van voedselbeschikbaarheid voor de weidevogels”.

“Het zijn onzekere tijden voor de agrarische sector maar wij zijn ervan overtuigd dat boeren uitstekend in staat zijn om de natuur op het agrarische land te behouden” aldus een trotse voorzitter.

————————————————————————–

Contactpersoon: Frank de Wit, voorzitter van WLD
frankdewit80@gmail.com of 06-55346611.

Water, Land & Dijken, Slenkstraat 70, 1441 MS  Purmerend
info@waterlandendijken.nl, 0299-437463

Column Walter Menkveld

Wie de jeugd heeft…

Iedereen kent de uitspraak wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Oftewel als je de jonge generatie betrekt en interesseert voor waar je mee bezig bent, dan weet je dat ze in de toekomst daarmee verder gaan. Een goed voorbeeld daarvan is de actie OERRR van Natuurmonumenten. Die een communicatieprogramma heeft ontwikkeld gericht op het betrekken van de jeugd bij de natuur. In de hoop dat zij ook in de toekomst op een of andere manier betrokken blijven bij natuurbehoud. En als bijvangst worden de ouders van de kinderen verleid om lid van Natuurmonumenten te worden. Deze actie kun je gerust geslaagd noemen. Er doen volgens de website van Natuurmonumenten al 202.000 kinderen mee.

Ook voor ons is het van belang dat de jeugd betrokken blijft bij de landbouw. Dat kinderen weten dat de boeren ons voedsel produceren en ook dat de boeren een belangrijke rol spelen in het beheer van natuur en landschap. Het is niet vanzelfsprekend meer dat kinderen in hun familie iemand hebben die boer is. Dus moeten we kinderen naar de boerderij halen om daar informatie te krijgen en het boerenleven te beleven.

Al jaren organiseert Water, Land & Dijken met een aantal agrarische bedrijven in ons gebied, maar ook ten zuiden van Amsterdam, Boerderijeducatie. Waarbij jaarlijks zo’n 4.000 kinderen met hun schoolklas op bezoek komen. Zij komen niet alleen om een uurtje de kalfjes of de lammeren te aaien, maar zijn een dag of dagdeel ook een beetje boer of boerin. Spelenderwijs leren ze zo van alles over het boerenbedrijf. Een onvergetelijke ervaring, die hen hun hele leven bij blijft.

Dit vraagt een grote inzet van de gecertificeerde educatieboerderijen, die daarvoor ook een passende vergoeding moeten krijgen. Binnen het onderwijs is hier echter veelal geen geld meer voor. Dus is andere financiering nodig. De afgelopen jaren werden WLD en de educatieboerderijen gefinancierd door de gemeente Amsterdam, de provincie via Laag Holland, Zuidermarkt Amsterdam en ZuivelNL. Maar of al deze partijen ook in de toekomst dit belangrijke project willen blijven financieren is nog de vraag.

In de zojuist vastgestelde Voedselvisie van de provincie wordt nauwelijks over boerderijeducatie gesproken. Terwijl bewustwording van waar ons voedsel vandaan komt toch een basiselement van een voedselvisie zou moeten zijn. We willen immers toch allemaal dat kinderen leren bewust te eten. Dan moet je ook alle kinderen naar de basis laten gaan waar dat voedsel wordt geproduceerd: de boerderij.

Hoe jammer zou het zijn als niet meer jaarlijks 4.000, of liever nog meer, kinderen naar een boerderij kunnen. En zo nooit zich een dagje boer of boerin kunnen voelen. Dat ze een mooie, leerzame herinnering voor de toekomst hebben. Want tussen al die kinderen zit waarschijnlijk wel een toekomstig gemeenteraadslid, natuurbeschermer, Statenlid, waterschapsbestuurder of Tweede Kamerlid, die moet besluiten over de toekomst van de landbouw. Dan kan dat dagje boerderijeducatie het verschil maken.

Voor het komende jaar is de financiering voor een deel geregeld. Dat betekent dat komend jaar nog niet alle 4.000 kinderen een dag boer of boerin kunnen zijn. Wij, landbouworganisaties, en ook ketenpartijen en overheden, moeten met elkaar ervoor zorgen dat in de toekomst dit wel kan. Daarvoor is nodig dat we leren van OERRR van Natuurmonumenten. Het wordt tijd dat we met elkaar het programma BOERRR ontwikkelen en uitvoeren.

Walter Menkveld, Directeur Water, Land & Dijken

Een verslag van het jaar 2020 in vogelvlucht

Graag presenteer ik u het jaarverslag 2020 van Water, Land & Dijken. Het was het jaar van covid-19, lockdown en maatregelen, maar gelukkig kon het agrarisch natuurbeheer en de meeste van onze activiteiten doorgaan. Er was zelfs verbreding van het aantal projecten die we uitgevoerd hebben.
De vijf thema’s van ons beleidsplan worden al meer gevuld met zinvolle, actuele en belangrijke projecten, die er toe doen voor onze leden, en voor hun bedrijfsontwikkeling. Maar ook voor de samenwerkende organisaties en overheden. Hiermee blijkt dat onze vereniging een goede plek heeft in het uitvoeren en ondersteunen van projecten.

Veel leesplezier,
Namens alle medewerkers,

Frank de Wit, voorzitter Water, Land & Dijken

Column Walter Menkveld

De kloof tussen politiek en praktijk

Het plan voor deze column was een tekst over de toegenomen recreatie in coronatijd. En dat daar niet alleen sprake van is in de stadsparken, zoals het Vondelpark, maar ook op het platteland. En dat de boeren daar steeds meer van merken. Waarbij wij zien dat er steeds meer behoefte is aan bordjes met de tekst: ’Broedgebied weidevogels, niet betreden’. Echter er gebeurde afgelopen donderdagavond iets op Twitter, naar aanleiding van zo’n bordje, waardoor deze column een andere insteek krijgt.

Op die avond viel mijn oog op een twitterbericht van Tweede Kamerlid Laura Bromet, die een foto plaatste van zo’n bordje met daarbij het tekstbericht: ‘Op dit weiland rest slechts een foto van een weidevogel. De kievit zelf is in geen velden of wegen te bekennen’. De boer, een van onze leden, van wie het betreffende perceel is, reageerde furieus. En terecht. Want wat bleek: op het bewuste perceel broedde op dat moment 9 paar weidevogels. En zo ontstond er een discussie op Twitter. Maar hoe kun je in slechts 280 leestekens de feiten helder weergeven en beargumenteren hoe het echt zit? Dat gaat niet. Waardoor er onbegrip en irritatie blijft.

In samenspraak met de betreffende boer hebben we het Kamerlid uitgenodigd om de situatie in het veld te bekijken. Haar te vertellen en te laten zien hoe de boer met hart en ziel zijn best doet voor de weidevogels. Zoals vele leden van ons. En hoe wij als WLD altijd op zoek zijn naar nog betere methoden om weidevogels te behouden in ons werkgebied. Hoe we niet alleen beheren maar ook leden helpen met aanleg van plas-dras percelen, plaatsen van vossenrasters en het inzaaien van kruidenrijke graslanden.

Afgelopen dinsdag was die ontmoeting. In de stal bij de boer, want het stormde en regende pijpenstelen. We hebben uitgelegd wat we doen. De boer vertelde hoe betrokken hij is met het weidevogelbeheer. En ook waar we tegenaan lopen. Predatie door vossen. Uitkopen van boeren. En wie moeten straks de weidevogels beheren?

Het was een gesprek met feiten en emoties. Waarbij uiteindelijk gezamenlijk de conclusie werd getrokken dat boeren noodzakelijk zijn voor een goed weidevogelbeheer, met een echt verdienmodel en aanpak van predatie.

Voor mij was weer eens duidelijk hoe belangrijk het is om in de praktijk te laten zien wat WLD en haar leden allemaal doen voor de weidevogels. Dat de politiek, die beslist over beleid en geld, vaak niet weet wat er gebeurt in de praktijk. Dat er daardoor een kloof bestaat tussen politiek en praktijk. Die we niet oplossen met twitterberichten, maar door bij elkaar op bezoek te gaan, vragen te stellen en te luisteren.

Ik roep alle politici en andere beleidsmakers op om dit voorjaar een boer te bezoeken die aan weidevogelbeheer doet. En de boeren om hen te ontvangen en met hart en ziel te laten zien en horen hoe zij zich inzetten voor weidevogels.

Walter Menkveld, directeur Water, Land & Dijken

Column Walter Menkveld

Doelen geven beweging

Afgelopen week stonden we stil bij 25 jaar verenigd agrarisch natuurbeheer. In 1996 werden de eerste agrarische natuurverenigingen in de Eilandspolder en Waterland opgericht. Ze sloten met hun leden overeenkomsten af voor weidevogel- en slootkantbeheer. Zie nu waar dat toe heeft geleid: een professionele organisatie die zich bezighoudt met het beheer van de plattelandsnatuur, uitgevoerd door 500 leden en bijgestaan door nog eens 450 vrijwilligers. Daar mogen we trots op zijn!

25 Jaar geleden was ik vanuit de provincie nauw betrokken bij het oprichten van de eerste verenigingen. Ik nam deel aan de werkgroepen die de verenigingen oprichtten. Enthousiaste en gemotiveerde boeren die hun verantwoordelijkheid namen om de uitdaging van de provincie: ‘doe iets voor 1,5 miljoen gulden met behoud van boeren en veenweidenatuur’, aan te gaan.

Wat een schril contrast met dit moment, als ik kijk naar de ontwikkelingen rond het ANLb binnen de NNN en de stikstofproblematiek. Ik zie bij de boeren grote zorg en emotie over de toekomst en een zeer geringe motivatie om hier wat mee te doen. Waar is het enthousiasme en de motivatie van 25 jaar geleden gebleven? Wat is er zo anders dan toen?

Deze vragen hebben me de afgelopen tijd behoorlijk bezig gehouden. En ik kom op een belangrijk verschil. 25 Jaar gelden werden de boeren door de provincie uitgedaagd. Er werd een beroep gedaan op hun ondernemerschap om zelf oplossingen en maatregelen te bedenken voor problematiek van landbouw en natuur in de veenweidegebieden. Uitdagen en een beroep doen op iemands kennis, geven energie. Het geeft het gevoel dat je gezien wordt als een echte belangrijke speler bij het oplossen van een probleem.

Hoe anders is dat nu. De overheden stellen steeds meer regels en de boer moet eraan voldoen. Daarbij wordt de kracht van die landbouw (professionele kennis, ondernemerschap en oplossingsgericht werken) niet meer gezien. En dat werkt voor de boeren verlammend en leidt tot een defensieve houding.

We moeten ons weer laten zien in onze kracht: ondernemend en enthousiast om doelen te realiseren op een manier die ons past. Precies zoals 25 jaar geleden. Dit vraagt dat we de provincie en andere overheden uitdagen geen regels te stellen maar doelen en resultaten. Dat zij ons faciliteren in ons proces van oplossingen bedenken en uitvoeren. Dat de landbouw weer in beweging komt als zij een andere houding aannemen en de landbouw weer echt ziet zoals ze is: ondernemende beheerders van het platteland.

Voor mij, en ook voor het bestuur en team, de komende tijd de uitdaging de provincie en andere overheden hiertoe te bewegen.

Walter Menkveld, directeur Water, Land & Dijken