‘Percelen klaarmaken voor weidevogels geeft voldoening’
De familie Prins boert van oudsher in de dorpskern van Grootschermer. De laatste decennia voornamelijk als hobby, met vleeskoeien en zo’n 15 hectare natuurgrasland achter de boerderij. Aanvankelijk dachten Jaap en neef Jort de trotse gebruiker te worden van een nieuwe stal van Staatsbosbeheer in de Eilandspolder. Er was weerstand bij een deel van de bewoners, de nieuwe stal ging niet door. Na jaren van gesteggel is het polderplan helemaal afgeblazen. Gevolg was wel veel achterstallig onderhoud.
De polderplannen gaven Jaap als jonge jongen toch het gevoel “boer te willen worden”. Op een gegeven moment is daar ook al vol op geïnvesteerd met de aanschaf van machines om de percelen te beheren. “Bij toeval kwam boerderij De Schermer Dycke toen te koop. Eerst zijn we hier toen vleesveekoeien gaan houden. Gaandeweg is het plan om toch te gaan melken verder ontwikkeld, tot dit in 2013 werkelijkheid werd.”
De melkstal is inmiddels aangepast. Waar het melken in de gedateerde 2×4-opstelling dagelijks zo’n zes uur in beslag nam, lukt dat nu binnen tweeënhalf uur. “Daarmee boeken we dus flinke tijdwinst. En die kunnen we goed gebruiken om al het landwerk te verrichten.”
Dit is echt onze meest gebruikte werktuig, lacht Jaap als hij de motor van de boot aanslingert. In de winter is hij minimaal één dag in de week bezig met rietmaaien. “Het gebied is sinds het afblazen van de polderplannen behoorlijk verwaarloosd, hoewel we de laatste jaren alweer volop bezig zijn om de percelen open te maken door riet te maaien en bomen en struiken te zagen.”
Jaap is er de man niet naar om recht toe recht aan te boeren. “Sommigen zien daar de charme van in. Voor mij mag het wel iets uitdagender.” En aan complexiteit geen gebrek. De 90 hectare natuurland is verdeeld over meer dan 110 verschillende percelen. Een deel is zelfs nog vaarland. “Natuurlijk is dat bewerkelijk. Maar het geeft ook extra voldoening om zo’n perceel klaar te maken voor de weidevogels.”
De ganzenproblematiek wordt met het jaar ernstiger. “Ze vertrappen het land, schijten het onder en verstoren ook de nestelende weidevogels. Daar moet echt iets aan gebeuren. Maar goed, als we alles in leven willen houden, dan blijven slechts de soorten over die geen natuurlijke vijanden hebben. Dat besef lijkt maar lastig door te dringen.”
Jaap heeft veel contact met Water, Land & Dijken. “Allereerst loopt een deel van de beheercontracten via hen en da’s best veel met al die percelen. Daarnaast doe ik mee aan het Project Bodem, waarvoor ik een bodemcoach krijg die mij adviseert hoe we het grasland duurzaam kunnen beheren. Ook staan de graslandbeluchter en de woelpoot van WLD hier gestald. Die mogen door alle leden worden gebruikt.”
Er ligt geen grond direct om de boerderij. Het vee wordt beweid op een perceel enkele honderden meter verderop aan de Korendijk. “Die dijk lopen ze elke dag dus twee keer over,” glundert Jaap. “Ik vind dat een schitterend gezicht, zo in een lang colonne. Als de eerste hier ’s avonds het erf op loopt, stapt de laatste daar zo’n beetje het land uit. We krijgen er ook veel leuke reacties op, van mensen die even moeten stoppen omdat we de dijk voor de veiligheid wel even afsluiten.”