In het teken van het Jaar van de Scholekster 2023 zijn er dit voorjaar maar liefst 145 broedplatforms in Laag Holland geplaatst. Dit dankzij enorme bereidwilligheid van boeren om ze te plaatsen, vaak samen met hun kinderen, door vrijwilligers of samen met zorg cliënten. Maar waren die broedplatforms nou een succes, gingen de scholekster daar nou inderdaad op zitten broeden? En wat is het resultaat daarvan? Zijn de nesten uitgekomen? Zijn de pullen vlieg vlug geworden?
Broedplatforms als veilige nestgelegenheid
De agrarische natuurvereniging Water, Land & Dijken (WLD) heeft het Jaar van de Scholekster met beide handen aangegrepen om iets te doen voor deze prachtige weidevogel door het plaatsen van broedplatforms bij agrarische ondernemers. Dankzij subsidie van het ‘Betrekken bij Groen Fonds’ van de provincie Noord-Holland en extra sponsering zijn er dit voorjaar 145 broedplatforms geplaatst op ca. 70 verschillende locaties. Bij agrarische bedrijven, hobby-boeren, burgers en particuliere grondeigenaren, met hulp van enthousiaste weidevogel vrijwilligers, boeren en hun gezinsleden en cliënten van zorgboerderijen.
De broedplatforms, gemaakt van bloembollen kistjes en voorzien van een dikke bodemlaag (bijv. schelpen, schelpengrit, fijn grind) zijn op verschillende plekken geplaatst. Op houten palen in een plas dras, geïnundeerde greppels of gewoon in een wei- of bouwland. Het overgrote deel echter in sloten omdat dit de meeste bescherming bied tegen roofdieren.
Eerste broedresultaten bemoedigend
Gingen de scholekster op de platforms broeden? Zijn de nesten uitgekomen? Zijn de pullen vlieg vlug geworden? Tijdens het broedseizoen zijn de scholekster platforms gemonitord door vrijwilligers. Bijna alle nesten werden ingevoerd in de Boerenlandvogelmonitor (een website voor heel Nederland waar tellingen worden bijgehouden van vogels) om beter inzichtelijk te krijgen hoe het broedresultaat- en broedsucces is verlopen.
Op 21 van de 145 platforms werd gebroed. Dit is ruim 14 %. Van deze 21 legsels zijn er 15 uitgekomen, wat neerkomt op een uitkomstpercentage van 71 %. Voor het eerste jaar is dit een bemoedigend resultaat.
De pullen gaan ongeveer één dag na uitkomst van de broedplatforms af om daarna de weilanden en het verdere broedgebied in te trekken. Mede daardoor zijn ze vaak lastig te volgen of terug te vinden. Van de 15 uitgekomen nesten kon met zekerheid worden gezegd dat 5 hiervan de pullen ( 1 of meerdere) vlieg vlug zijn geworden. Van de overige 10 nesten werden of de jongen niet meer gezien of kon niet met zekerheid worden gezegd of ze volwassen zijn geworden.
5 nesten werden door een onbekend roofdier aangevallen en van 1 nest is het resultaat onbekend.
Scholeksters zijn trouw aan partner en broedplek
Uiteindelijk toch een mooi resultaat dat perspectief biedt voor de gewenste toename van de scholekster populatie. Want scholeksters zijn trouw aan hun partner en broedplek. Bij een succesvol broedsel is de kans dan ook groot dat hetzelfde paartje het jaar daarop weer van hetzelfde broedplatform gebruik maakt. De verwachting is dan ook dat de scholeksters volgend jaar terugkeren en dat ook de andere platforms in gebruik worden genomen.


Resultaten bloeiende boerensloot 2023
Dit jaar hebben 29 boeren in de zomerperiode hun eigen sloten geïnventariseerd voor het project Bloeiende boerensloot. De boeren konden hun eigen sloten beoordelen op vegetatie en waterleven. Een van de deelnemers zegt dat het project een goede aanleiding is om eens bewust naar je eigen sloten te kijken. Er zijn mooie plantensoorten gevonden, maar ook minder mooie waarnemingen, zo waren er dit jaar veel meer niet-inheemse kreeftsoorten aanwezig in de sloten . Voor een overzicht van de resultaten van 2023 zie: https://www.hhnk.nl/bloeiende-boerensloot
Dit is een project van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) en boeren van zowel ANV Hollands Noorden als Water, Land & Dijken.
Dit project wordt financieel mede mogelijk gemaakt door:
Geslaagde workshop biodiversiteit op het erf
Woensdagmiddag 6 dec. jl. was er voor onze leden een workshop over biodiversiteit op het erf . We waren daarvoor welkom op het agrarisch bedrijf van de familie Breebaart in Wijdewormer. Het boerenerf kent veel bewoners, denk aan (boeren)zwaluwen, vleermuizen, dag- en nachtvlinders, koolmeesjes en soms zelfs een steenuil. Wat hebben deze soorten nodig om goed te gedijen? Wat kan men doen om het ze naar de zin te maken? Daar ging deze workshop over, met als gastsprekers Kevin Raatjes en Jerry Lust van Landschap Noord-Holland over erfbewoners en hun leefomgeving. Hieronder het verslag:
‘’De steenuil is de ambassadeur van een biodivers erf’’, daarmee begon Jerry Lust, van Landschap Noord-Holland zijn verhaal. ‘’Want die steenuil leeft het liefst op een veelzijdig erf.’’ Hij en zijn collega Kevin Raatjes namen ons mee in die veelzijdigheid. Zij vertelden over wat de steenuil nodig heeft aan voedsel en beschutting, en wat zijn prooien nodig hebben. Het is namelijk een groot samenhangend systeem, met vogels, insecten, amfibieën, zoogdieren en meer.
Daarna lopen we een rondje over het erf. Jolanda, die ons deze middag samen met haar man Cor op hun erf ontving, vertelde enthousiast over haar steenuiltjes. ‘’Ze zitten graag in de elzensingel rond het weitje, waar de jongen leren vliegen. Verder verstoppen ze zich graag tussen de ronde balen.’’ Naar aanleiding van een erfscan advies zijn ze de elzensingel in fases gaan knotten, zodat er ieder jaar wel elzenpropjes blijven hangen, de vogels smullen ervan. Verder hebben ze o.a. wilgen aangeplant, een takkenril gemaakt en eendenkorven in de sloot gezet.
De deelnemers deelden ervaringen die ze op hun eigen erf hebben opgedaan. Een aantal van hen doet mee aan het biodiversiteitspakket en sommigen hebben een erfscan gehad. Zo neemt iedereen weer een ander stukje inspiratie mee naar huis. ‘’Ik kan wel een boekje lezen, maar tijdens zo’n workshop blijft het toch beter hangen.’’ Maar bovenal is het de steenal waarover men enthousiast is geworden: ‘’We gaan ervoor dat we volgend jaar allemaal een steenuil op ons erf hebben!’’, aldus een van de deelnemers.
Nieuw dagelijks bestuur bij BoerenNatuur
Water, Land & Dijken valt onder de koepel van BoerenNatuur, een vereniging van agrarische collectieven in Nederland. Op 16 november jl. hebben de leden van BoerenNatuur drie dagelijks bestuurders gekozen: voorzitter Marije Klever, melkveehouder in de Meern (Utrecht), vicevoorzitter Henk Smith, akkerbouwer in Beerta (Groningen) en bestuurslid interne organisatie en vereniging Theo Thewessen, COO bij Geodan. De nieuwe bestuurders gaan alle drie met hun eigen expertise BoerenNatuur, de collectieven en de boeren helpen om het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer nog effectiever en succesvoller te maken. Lees hier verder…
Vrijwilligers belangen op andere manier verankerd in organisatie
Met ingang van 1 januari 2024 houdt de Vrijwilligersraad op te bestaan. Dit werd eerder al meegedeeld op de afgelopen Slotavond van het weidevogelseizoen in Hotel De Rijper Eilanden. De leden van de Vrijwilligersraad werden met een boek en bon bedankt voor alle jaren enthousiaste inzet. De raad zou komend jaar nog bestaan uit vier personen en dat is te weinig om goed te kunnen functioneren. Ondanks diverse pogingen is het de laatste jaren niet gelukt om voldoende uitbreiding te vinden.
Sinds de oprichting van Water, Land & Dijken zetten de leden van de Vrijwilligersraad zich in om de belangen van alle vrijwilligers te behartigen. Omdat vrijwilligers een essentieel onderdeel zijn van onze vereniging, is besloten om de activiteiten van de Vrijwilligersraad onder te brengen in een project, net als bijvoorbeeld het agrarisch natuurbeheer. Vanuit het team van Water, Land & Dijken wordt Tanja Verbij de projectleider. Op die manier blijven de belangen van de vrijwilligers verankerd in de organisatie.
Vrijwilligers zullen weinig van merken van deze wijziging in de organisatie, want alle activiteiten worden voortgezet! In plaats van een vaste groep mensen die vanuit de Vrijwilligersraad activiteiten organiseren, gaat dat voortaan via werkgroepjes. Aan de vrijwilligers de vraag om mee te werken aan een activiteit. Denk bijvoorbeeld aan het meedenken over de invulling en het organiseren van de start- of slotavond. Of aan het opzetten van een fotowerkgroep, of wellicht wilt u meedenken over de werving van vrijwilligers of over cursussen die gegeven kunnen worden. De inzet van vrijwilligers voor Water, Land & Dijken is en blijft daarbij enorm belangrijk!
Heeft u vragen of wilt u meehelpen of meedenken met een vrijwilligerswerkgroep? Neem contact op met Tanja Verbij: t.verbij@waterlandendijken.nl
Agrarische Vlindermonitoring
Er zijn 405 soorten nachtvlinders geteld in het agrarisch gebied. Het hoogste aantal tot nu toe! De Vlinderstichting presenteerde half november de resultaten van de vlinder tellingen door de boeren die deelnemen aan BIMAG (Boeren Insecten Meetnet Agrarische Gebied). Een nieuwe soort is bijvoorbeeld de katoendaguil, die werd 17 keer gezien. En ook de zeldzame spaanse vlag werd op veel plekken gezien. In totaal hebben dit jaar 143 boeren en tuinders samen 25.000 nachtvlinders geteld.
Er waren ruim 20 boeren, uit alle delen van het land, aanwezig. Zowel uit Groningen als uit Limburg. Het mooie is dat het ook melange was van de verschillende soorten bedrijven. Het overgrote deel is melkveehouder of akkerbouwer, maar ook de fruitteelt en de schapenhouderij waren vertegenwoordigd. Er was op de interactieve middag veel ruimte voor het delen van ervaringen.
Kortom een energieke middag met heel veel positieve energie. Zelfs boeren die al 5 jaar meedoen hebben weer zin in het nieuwe seizoen! Hoe mooi is dat. Volgend jaar is er ruimte voor extra deelnemers, want het is belangrijk dat het vlinder meetnet groeit, meer monitoring geeft meer inzicht. Wit u meedoen? Neem contact op met Tanja Verbij, t.verbij@waterlandendijken.nl
Spaanse vlag
Katoendaguil
(beide beelden van de Vlinderstichting)
Stage bij de agrarische natuurvereniging Water, Land & Dijken
Wij zijn op zoek naar een enthousiaste student voor een onderzoek naar het voedselaanbod voor onze nationale vogel: de grutto!
Lees hier verder….
Meer weten over omzetten van grond van landbouw naar natuur?
Kom naar de informatiebijeenkomst, deze is voor iedereen die meer wil weten over het omzetten van landbouwgrond naar natuurgrond. We lopen stap voor stap het hele traject van realisatie van natuur met u door. U krijgt antwoord op vragen als mijn percelen staan op de natuurambitiekaart van het Natuurnetwerk Nederland; welke gevolgen heeft dit, hoe werkt particulier natuurbeheer, kan iemand me daarbij helpen, wat staat er financieel tegenover, hoe lang duurt het traject van omvorming.
Locatie: Hotel De Rijper Eilanden in De Rijp
Programma:
19.45 – 20.00 uur – inloop met koffie/thee
20.00 – 21.00 uur – uitleg over:
-wat houdt particulier natuurbeheer precies in?
-bespreken ambitiekaart
-pretaxatie
-inventarisatie inrichting
-aanvraag provincie
-daadwerkelijke inrichting
-certificeren
-beheer
21.00 uur tot einde: alle ruimte voor vragen en aanvullende informatie
Voor wie interessant?
Voor ieder wiens grond een natuurambitie heeft en denkt aan percelen omzetten van landbouw naar natuur.
Komt u ook? Meld u dan aan
Aanmelden kan via info@waterlandendijken.nl of 0299-437463, inloop vanaf 19.30 uur.
Gratis ondernemerscoaches voor agrariërs in Noord-Holland
In de provincie Noord-Holland hebben boeren en tuinders vanaf nu de mogelijkheid om kosteloos gebruik te maken van coaching en begeleiding door ervaren ondernemerscoaches: een coach die onpartijdig en belangeloos jouw klankbord wil zijn om te sparren over het (familie)bedrijf, actuele ontwikkelingen en de toekomst.
Wat wil, kan en mag ik met mijn bedrijf in de toekomst?
‘Wat zijn de stappen voor een succesvolle bedrijfsovername? Hoe kan ik mijn bedrijf duurzamer maken of verbreden? Wat past bij mij en hoe kan ik persoonlijk groeien?’ Zomaar een aantal vragen waar agrarisch ondernemers mee kunnen worstelen en in vertrouwen met iemand over willen klankborden. Om aan deze behoefte tegemoet te komen, biedt de provincie Noord Holland, in samenwerking met LTO Noord en collectief Water, Land & Dijken, coaching aan boeren en tuinders aan. Er zijn hiervoor zes onafhankelijke ondernemerscoaches aangesteld om ‘aan de keukentafel’, samen met de agrarische ondernemer het gesprek aan te gaan.
Elke ondernemerscoach beschikt niet alleen over uitgebreide kennis en ervaring als agrarisch coach en sparringpartner, maar heeft ook zijn eigen specialisme. Dat kan variëren van ondernemerschap, verduurzaming of overheidsrelaties tot verdienmodellen en meer persoonlijke kwesties, zoals begeleiding bij lastige keuzes en de samenwerking onderling op het bedrijf.
Interesse?
Heeft u interesse en zou u graag een keer spreken met een ondernemerscoach? Aanmelden is mogelijk via www.landbouwportaalnoordholland.nl, thema ondernemerscoach.
Visdiefeilanden en -vlotten, een schot in de roos
Conclusie na drie jaar is dat het visdiefeilanden en -vlotten project, gefinancierd vanuit ‘Betrekken bij Groen Fonds’ en Water, Land & Dijken, heel goed uitpakt, het is een schot in de roos. Het broedresultaat is vergeleken met 2022 weer omhoog gegaan. Mede dankzij de vele vrijwilligers die de visdiefeilanden en –vlotten in het voorjaar hebben opgeknapt lag er een gespreid bedje voor de visdief.
Een stijgende lijn voor het broedresultaat
Dei opknapbeurt heeft extra leuke successen opgeleverd en een stijgende lijn in het broedresultaat. Op 11 van de 15 locaties werd door 8 vogelsoorten gebroed. Zelfs een krakeend maakte haar nest in een grote ruige graspol op één van de eilandjes. (in 2022 werd er op 8 van de 15 locaties gebroed). Uit het niets gingen op een schelpeneilandje in een plas dras in Middelie maar liefst 8 paar visdieven en 3 paar kluten broeden terwijl hier vorig jaar maar één paartje visdief broedde. Alle nesten op dit eilandje kwamen uit doch helaas sloeg de vogelgriep aan het eind van het broedseizoen, toen de meeste pullen bijna vlieg vlug waren, genadeloos toe. Dat kostte helaas veel vogels. Opmerkelijk was dat het enkel de jongen waren die slachtoffer werden.
Een tweede visdiefeiland in Kwadijk komend seizoen
Een aparte vermelding waard zijn de twee succesvolle schelpen eilandjes in Jisp en Kwadijk. Maar liefst 22 paartjes visdieven, 2 paar kluten, 1 x scholekster en 1 x kokmeeuw kozen deze 2 eilandjes uit als broedplek en wisten hun pullen vliegvlug te krijgen. Daarmee werd het succes van 2022 fors verbeterd. Vanwege het succes van het visdiefeilandje in de plas dras in Kwadijk is door Water, Land & Dijken besloten om komend seizoen een tweede eiland met hulp van vrijwilligers aan te leggen.
Ook kluut en scholekster vinden de vlotten een goede broedplek
Op de overige locaties werden dit jaar maar liefst 14 legsels geteld van onder andere visdief en kluut. Op maar liefst 4 locaties werd er gebroed door scholeksters. Dat hadden we nog niet eerder gezien. Dus naast de broedplateaus die dit jaar her en der zijn geplaatst maakten de scholeksters ook gebruik van de visdiefvlotten en dat is toch een leuke constatering. Wat opvalt is dat er hoegenaamd geen nesten worden leeggeroofd. Het is kennelijk niet zo aantrekkelijk voor grondpredatoren, zoals marter of vos, om door het water naar de eilanden of vlotten te gaan.
Scholeksters veilig op broedplatforms
In het teken van het Jaar van de Scholekster 2023 zijn er dit voorjaar maar liefst 145 broedplatforms in Laag Holland geplaatst. Dit dankzij enorme bereidwilligheid van boeren om ze te plaatsen, vaak samen met hun kinderen, door vrijwilligers of samen met zorg cliënten. Maar waren die broedplatforms nou een succes, gingen de scholekster daar nou inderdaad op zitten broeden? En wat is het resultaat daarvan? Zijn de nesten uitgekomen? Zijn de pullen vlieg vlug geworden?
Broedplatforms als veilige nestgelegenheid
De agrarische natuurvereniging Water, Land & Dijken (WLD) heeft het Jaar van de Scholekster met beide handen aangegrepen om iets te doen voor deze prachtige weidevogel door het plaatsen van broedplatforms bij agrarische ondernemers. Dankzij subsidie van het ‘Betrekken bij Groen Fonds’ van de provincie Noord-Holland en extra sponsering zijn er dit voorjaar 145 broedplatforms geplaatst op ca. 70 verschillende locaties. Bij agrarische bedrijven, hobby-boeren, burgers en particuliere grondeigenaren, met hulp van enthousiaste weidevogel vrijwilligers, boeren en hun gezinsleden en cliënten van zorgboerderijen.
De broedplatforms, gemaakt van bloembollen kistjes en voorzien van een dikke bodemlaag (bijv. schelpen, schelpengrit, fijn grind) zijn op verschillende plekken geplaatst. Op houten palen in een plas dras, geïnundeerde greppels of gewoon in een wei- of bouwland. Het overgrote deel echter in sloten omdat dit de meeste bescherming bied tegen roofdieren.
Eerste broedresultaten bemoedigend
Gingen de scholekster op de platforms broeden? Zijn de nesten uitgekomen? Zijn de pullen vlieg vlug geworden? Tijdens het broedseizoen zijn de scholekster platforms gemonitord door vrijwilligers. Bijna alle nesten werden ingevoerd in de Boerenlandvogelmonitor (een website voor heel Nederland waar tellingen worden bijgehouden van vogels) om beter inzichtelijk te krijgen hoe het broedresultaat- en broedsucces is verlopen.
Op 21 van de 145 platforms werd gebroed. Dit is ruim 14 %. Van deze 21 legsels zijn er 15 uitgekomen, wat neerkomt op een uitkomstpercentage van 71 %. Voor het eerste jaar is dit een bemoedigend resultaat.
De pullen gaan ongeveer één dag na uitkomst van de broedplatforms af om daarna de weilanden en het verdere broedgebied in te trekken. Mede daardoor zijn ze vaak lastig te volgen of terug te vinden. Van de 15 uitgekomen nesten kon met zekerheid worden gezegd dat 5 hiervan de pullen ( 1 of meerdere) vlieg vlug zijn geworden. Van de overige 10 nesten werden of de jongen niet meer gezien of kon niet met zekerheid worden gezegd of ze volwassen zijn geworden.
5 nesten werden door een onbekend roofdier aangevallen en van 1 nest is het resultaat onbekend.
Scholeksters zijn trouw aan partner en broedplek
Uiteindelijk toch een mooi resultaat dat perspectief biedt voor de gewenste toename van de scholekster populatie. Want scholeksters zijn trouw aan hun partner en broedplek. Bij een succesvol broedsel is de kans dan ook groot dat hetzelfde paartje het jaar daarop weer van hetzelfde broedplatform gebruik maakt. De verwachting is dan ook dat de scholeksters volgend jaar terugkeren en dat ook de andere platforms in gebruik worden genomen.