Dit project is afgerond
Vergroening van waterrijke veenweidegebieden:
tweejarige pilot levert bouwstenen voor het nieuwe GLB
In maart 2019 startte het tweejarig pilotproject “Vergroening van waterrijke veenweidegebieden”. De pilot gaat bouwstenen leveren voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) dat in 2023 van kracht wordt. Daarin zullen de betalingen sterker dan nu worden gekoppeld aan groene tegenprestaties.
We onderzochten wat effectieve maatregelenmenu’s zijn voor vergroening in veenweidegebieden, hoe deze het beste in de diverse onderdelen van het GLB kunnen worden opgenomen en welke rol collectieven hierbij kunnen spelen. In de pilot werkten drie veenweidecollectieven samen: Water, Land & Dijken, Noord-Holland Zuid en Rijn Vecht & Venen.
Inmiddels is de pilot afgerond, hieronder de links om de ervaringen en resultaten te lezen.
Lees hier de Eindrapportage van de GLB-pilot “Vergroening van waterrijke veenwatergebieden’
Lees hier de Resultaten van de GLB-pilot in een notendop
Achtergrond informatie: waarom een pilotproject?
Er zijn al veel initiatieven om de veehouderij in veenweidegebieden te verduurzamen. De overheid bevordert die actief, bijvoorbeeld door regelingen voor agrarisch natuurbeheer, bodem, water en natuurinclusieve landbouw. Het recente Klimaatakkoord bevat voor de veenweidegebieden verdergaande maatregelen op het gebied van bodem en water.
Ook het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) zet sinds enkele jaren in op vergroening, bijvoorbeeld door – primair uit een oogpunt van klimaat – eisen te stellen aan het aandeel blijvend grasland. Die maatregel is in zijn huidige vorm echter weinig effectief. Ook de afstemming met de talrijke duurzaamheidsinitiatieven in de keten kan worden verbeterd. Nu Nederland in het nieuwe GLB mogelijkheden krijgt voor ‘maatwerk in vergroening’, willen we met het pilotproject werkbare vergroeningsmenu’s aanreiken voor de veenweiden.
Drie speerpunten
Voorjaar 2019 hebben we een plan van aanpak opgesteld, waarbij ook provincies en waterschappen zijn geconsulteerd. Hierin staan drie speerpunten:
- Ontwikkelen van een doelmatig maatregelenmenu voor bodem, water en klimaat.
- Ontwikkelen van een effectieve ‘groenblauwe dooradering’, een uitgekiend netwerk van ecologische verbindingen op polderniveau.
- Versterken van de relatie tussen overheidsimpulsen voor vergroening en die vanuit de keten.
We lichten hiernaast elk van deze speerpunten verder toe.
Hieronder een filmpje over de zeven GLB-pilots
Voor meer informatie:
Walter Menkveld (overall-projectleider): w.menkveld@waterlandendijken.nl
Martine Bijman (projectleider WLD): m.bijman@waterlandendijken.nl
Andries Kamstra (projectleider NHZ): andries.kamstra@ziggo.nl
José van Miltenburg (projectleider RVV): info@josevanmiltenburg.nl
Dit project wordt gefinancierd door:
Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
1. Maatregelenmenu voor bodem, water en klimaat
Voorjaar 2019 hebben zo’n veertig veehouders ingetekend op een keuzemenu met ruim twintig maatregelen verdeeld over drie ‘modules’: water, bodem en klimaat. Elke module kent een setje verplichte en een set keuzemaatregelen. Met elke maatregel scoort de veehouder punten, waarbij de score mede afhankelijk is van de geleverde prestatie. Om het de veehouder makkelijk te maken is een app ontwikkeld waarin hij de maatregelen van zijn keuze kan aanklikken en de puntenscore in beeld krijgt. Boven een minimum puntenscore krijgt de veehouder betaald, waarbij drie niveaus (brons, zilver en goud) zijn onderscheiden. Eind 2019 wordt het puntensysteem geëvalueerd en zo nodig aangepast voordat het zijn tweede jaar ingaat.
2. Groenblauwe dooradering op polderniveau
Hiervoor zijn relatief kleine (200 tot 500 ha) gebieden geselecteerd waar in samenspraak met de veehouders een doordacht ‘ontwerp’ wordt gemaakt. Het doel is om 8% dooradering te realiseren met de mogelijkheid van ‘verevening’ tussen bedrijven. Hierbij staan biodiversiteit en landschap centraal. Er is een voorlopige selectie gemaakt van vier polders die zich hiervoor lenen. In de tweede helft van 2019 zal dit onderdeel verder worden uitgewerkt. De praktijkmaatregelen die bij dit onderdeel aan de orde zijn, worden vervolgens in 2020 uitgevoerd.
3. Relatie tussen publieke en private prikkels voor vergroening
De duurzaamheidsinitiatieven in de zuivelketen nemen de laatste jaren sterk toe. Het is van belang om tot een goede balans te komen tussen zaken die de keten stimuleert en prestaties die de overheid stimuleert. Dit onderdeel kent geen praktijkmaatregelen, maar bestaat vooral uit overleg en afstemming met ketenpartijen.
Studieclubs
De bedoeling is dat de deelnemers actief meedenken over de vormgeving van het nieuwe GLB. Daarom worden studiebijeenkomsten georganiseerd. Daar komen de maatregelen aan bod waarmee in het veld wordt geëxperimenteerd, maar ook enkele thema’s die zich minder goed lenen voor een praktijktoets.
Looptijd
De pilot loopt twee jaar: van februari 2019 tot en met maart 2021. Pas in 2020 zal zoals gezegd het volledige scala aan maatregelen worden uitgerold. In de vorm van studieclubs en themabijeenkomsten denken de deelnemers actief mee over de vormgeving van het nieuwe GLB.
Onderdeel van zeven GLB-pilots
De pilot is één van zeven GLB-pilots die verspreid over het land plaatsvinden, gecoördineerd door BoerenNatuur en LTO. Gezamenlijk wordt input gegeven aan het Nationaal Strategisch Plan (NSP) waarin Nederland de lijnen uitzet voor het nieuwe GLB. Opdrachtgever voor de pilots is het ministerie van LNV; de pilots worden gefinancierd uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.
Lees hier onze GLB informatie brochure